Over onze landen
Over de De-Be-Lux-markt

Economische voorspelling voorjaar 2019 : groei gaat verder aan een gematigder tempo

14/05/2019

De Europese Commissie voorspelt dat de Europese economie in 2019 voor het zevende jaar op rij verder zal groeien en dat het reële bbp zal groeien in alle EU-lidstaten. Terwijl wereldwijde onzekerheden een invloed blijven uitoefenen, zullen de nationale dynamieken de Europese economie ondersteunen. Er wordt verwacht dat de groei volgend jaar weer zal versnellen. In dit artikel vindt u de resultaten voor België, Luxemburg en Duitsland.

België

Voor België wordt er verwacht dat de economische groei zal vertragen tot 1,2% in 2019 en 2020, aangezien de stijging in vraag wordt gecompenseerd door de verzwakte wereldhandel. Er wordt voorspeld dat de inflatie zal vertragen, gedreven door lagere olieprijzen. Aangezien men verwacht dat het nominale overheidstekort zal dalen, zou de snelheid van de schuldreductie dat ook moeten doen.

Er wordt verwacht dat de groei van het bbp verder zal dalen in 2019 en 2020, dankzij de dalende en uiteindelijk negatieve bijdrage van het netto uitvoersaldo en een vertraagde groei van investeringen. Daartegenover zou de positieve toestand van de arbeidsmarkt de groei in de huishoudelijke consumptie moeten ondersteunen en daarbij de weg vrijmaken voor de binnenlandse vraag om de enige groeimotor te worden gedurende de prognoseperiode.

De zachte en vaste indicatoren gingen gestaag achteruit in 2018 en in de eerste maanden van 2019, wat suggereert dat de Belgische economische groei aan het vertragen is, parallel met de eurozone in het algemeen. Globaal wordt verwacht dat de reële groei van het bbp zal vertragen tot 1,2% zowel in 2019 als in 2020.

De algemene inflatie bleef hoog op 2,3% in 2018, gedreven door de hogere energie- en voedselprijzen. Er wordt voorspeld dat de algemene inflatie zal afzwakken tot 1,8% in 2019 en tot 1,6% in 2020, wat de lagere olieprijzen reflecteert en de lagere verwachte stijgingen in de voedselprijzen. Aangezien wordt voorspeld dat het nominale overheidstekort zal dalen, wordt verwacht dat het tempo van de schuldvermindering zal vertragen.

Luxemburg

Er wordt voorspeld dat het bbp van Luxemburg aan een gestaag tempo zal groeien gedurende 2019 en 2020. Met het vooruitzicht dat de buitenlandse handel zwak zal blijven doorheen het jaar, wordt verwacht dat de groei voornamelijk gedreven zal worden door de binnenlandse vraag, die wordt ondersteund door de sterke toestand van de arbeidsmarkt. De inflatie zal onder de 2,0% blijven gedurende de prognoseperiode. Er wordt voorspeld dat het algemene begrotingsoverschot vanaf een hoog niveau zal dalen.

Nadat ze vertraagde tot 1,5% in 2017, versnelde de groei van het bbp minder dan verwacht in 2018 tot 2,6%, vergeleken met de 3,0% die werd voorspeld in het najaar. Dit verschil was gedeeltelijk te wijten aan de neerwaartse bijstelling van de buitenlandse vraag in de vorige kwartalen, wat resulteerde in een mindere bijdrage dan werd verklaard door de daling in het laatste kwartaal van het jaar. In vergelijking met vorige jaren impliceren de recente ontwikkelingen dat Luxemburg onderpresteert, ook al moeten historische figuren voorzichtig worden behandeld gezien de frequente en substantiële herzieningen van de data van de nationale rekeningen.

De binnenkomende gegevens in de eerste maanden van 2019, inclusief de zwakkere groei in de werkgelegenheid, bevestigen dat het groeimomentum aan het stabiliseren is en dat de toevloed in de sector van de beleggingsfonden ook verzwakt is.

Over het algemeen wordt er voorspeld dat het bbp met 2,5% zal groeien in 2019 en 2,6% in 2020. Als een kleine open economie met een sterke handel en financiële verbanden met internationale markten, blijft Luxemburg sterk blootgesteld aan risico’s van buitenaf. Een verhoogde handel en politieke spanningen en om het even welke financiële crisis die daaruit kan voortvloeien, zou kunnen resulteren in een minder gunstige uitkomst voor de Luxemburgse economie.

Duitsland

Na een sterke vertraging in de tweede helft van 2018 en begin 2019, wordt in Duitsland verwacht dat de economische groei ongeveer zal herstellen, gedreven door een veerkrachtige binnenlandse vraag, de verspreiding van de tijdelijke productie van bottlenecks en een graduele verbetering in de buitenlandse vraag. De werkgelegenheid en stijging van de lonen zullen de privéconsumptie blijven ondersteunen. Er wordt verwacht dat de investeringen in de bouw sterk zullen blijven. Het overschot op de lopende rekening blijft, ook al neemt het af, en er wordt verwacht dat de begrotingskoers matig zal uitbreiden gedurende de prognoseperiode.

Na een stevige groei van kwartaal op kwartaal van 0,5% begin 2018, veranderde de groei van het bbp negatief in de tweede helft van het jaar. Deze daling werd het meest uitgesproken in de verwerkende industrie en gerelateerde diensten. Milieucertificering vertraagt en de stijgende voorraden leidden tot een stilstand in de autoproductie en -verkoop in het derde kwartaal, wat slechts geleidelijk aan opleefde in het vierde kwartaal. De farmaceutische industrie kende ook een terugval in het vierde kwartaal door een tekort aan invoer, gedeeltelijk veroorzaakt door de lage stand van de Rijn. De situatie werd veroorzaakt door zwakke exporten, die voortkwamen uit een wankelende vraag vanuit de EU en de rest van de wereld. De invoergroei bleef sterker, in overeenstemming met een krachtige binnenlandse vraag, wat er voor zorgde dat het netto uitvoeroverschot werd afgetrokken van de groei. De problemen in de auto-industrie hadden een grote impact op de groei van het kwartaal, waar inventarissen een grote rol speelden. Ze droegen bij aan een totaal van 1,1 procentpunten aan de groei van het bbp in het tweede en derde kwartaal. In het vierde kwartaal trokken ze 0,6 procentpunten af, waardoor ze weifelachtig suggereerden dat de bottlenecks in de leveringen werden opgelost.

De algemene inflatie steeg tot 1,9% in 2018 en werd gedreven door de energieprijzen, terwijl de kerninflatie hetzelfde bleef met 1,5%. Er wordt voorspeld dat de algemene inflatie een gemiddelde zal halen van rond de 1,5% in 2019 en 2020, aangezien de energie-inflatie slinkt en daardoor gunstig is voor de koopkracht van de gezinshuishoudingen. De stijging van de lonen zal zich wat matigen door de vertraagde groei. Dit, op zijn beurt, zou ervoor moeten zorgen dat de kerninflatie niet veel meer kan stijgen.

ec.europa.eu/info/sites/info/files/economy-finance/ip102_en.pdf